2

de volgende morgen, heel vroeg, schoten beppa en fot hun wonder-pantoffels aan en reden naar het strand van hun land.
voor hen lag de grote, grote zee en achter die grote zee lag het land van de bieken, dat eigenlijk biekalunya heet.
ze reden heel langzaam het water in en toen probeerden ze hoe ze moesten varen.   je kon wel zien, dat die pantoffels echte wonderpantoffels waren, want voor beppa en fot wisten wat er gebeurde, begon er een motortje te werken en als een echte boot kwamen ze vooruit.

toen ze zo een half uurtje gevaren hadden, ontdekte fot ineens dat je veel sneller ging als je met je handen hetzelfde deed als bij zwemmen-zoals-de-hondjes-doen, of (en dat wordt heel dikwijls gezegd) zwemmen-op-zijn-hondjes.   toen hij dat had ontdekt, wachtte fot tot beppa het ook zo goed kende als hij.

even later ging beppa een heel klein eindje achteruit hangen en toen kwam de neus van de pantoffel boven water.
o, wat ging die pantoffel van beppa toen snel.
fot leunde ook wat naar achteren en hij zwom tegelijkertijd ook nog op-zijn-hondjes, toen kwam hij nog sneller vooruit dan beppa.
 


 ...