ik geef het op...Als ik hier nu nog lang blijf staan, dacht Joost, dan is de middag zó voorbij, zonder dat ik iets gedaan heb. Laat ik nog maar eens proberen of ik die steenklomp weg kan krijgen, want op een of andere manier moet ik er toch in kunnen. Hij trok en duwde aan de zijkanten, aan de bovenkant, hij probeerde of de deur open ging als hij hem opzij schoof, maar geen millimeter verschoof ze van haar plaats.

Tenslotte gaf Joost het op en hij liet zich op de grond zakken, met zijn rug tegen de deur. Hij staarde wat voor zich uit en zag op een gegeven moment de landrover staan: "Kon ik dat ding maar inruilen voor mijn fiets, en die woestijn voor thuis ... Verdomd, een autogarage, die hebben vaak van die tuimeldeuren, die til je op en dan glijden ze door hun eigen gewicht de hoogte in".open tempeldeur

Hij ging op zijn knieën zitten, veegde wat zand uit de kier onder de deur en duwde zijn vingers erin. Hij trok naar boven en de deur kwam mee, een heel klein eindje, en bleef toen waar hij was, weer was er geen beweging meer in te krijgen. Joost vloekte, stond op en stampte tegen de deur, die daarop heel zachtjes naar binnen gleed.

Joost keek door het ontstane gat naar binnen: Door het koepeldak kwam groen licht naar binnen. In het midden van de koepel was een donkere plek en toen Joost wat beter keek, zag hij dat het een afbeelding was van de kop van de eenhoornige god Igwanóndo. Joost keek naar de bodem van de tempel en zag op de grond de schaduw van de kop in het dak. Hij volgde de richting die de schaduw van de hoorn uitwees en hield toen zijn adem in: Voor een losse wand in het heiligdom stond een meer dan levensgroot beeld van de eenhoornige en toen Joost wat langer keek, leek het hem of het beeld heel langzaam ademhaalde.

beeld van igwanóndoIgwanóndo had zijn mond open, alsof hij gaapte, of een bevel schreeuwde, of verwonderd was, of honger en dorst had, en hij stond erbij als iemand die net stil was blijven staan omdat dat bij het spel hoorde. Maar dat kon natuurlijk niet, wie heeft er weleens gehoord van beelden die speelden.

Achter in de zaal lag een grote trap van rotssteen en de treden waren uitgesleten door het vele gebruiken.

Joost bedacht dat hij best eens boven kon gaan kijken, maar dan moest hij wel eerst iets aan de deur doen. Stel je voor, dat die deur dicht zou vallen, als hij binnen was. Hij trok zachtjes aan de zijkant en meteen reageerde de deur door terug te lopen. Joost zette zijn voet ervoor en op het moment dat de deur zijn schoen raakte, stond hij stil. Joost legde zijn tropenhelm voor een van de hoeken van de deur, en weer stond deze stil, zodra hij de helm raakte.