"Wat", riep Snokje uit, "Sprook doodgeschoten door Teldersma en z'n maat, dan had Tais dus toch gelijk, dat Sprook veel te vrolijk was toen hij gister met jullie wegging".

"Dat gaat zomaar niet, daar kunnen ze niet zo maar van weglopen", zei Papke en liep het dorpshuis uit. Even later begon de staafbel op de muziektent luid te klepelen.

Binnen een paar minuten stond het dorpsplein vol mensen.

Ondertussen waren Tino en Lies bij Papke in de muziektent gaan staan. Terwijl ze vertelden wat er gebeurd was, gingen de foto's van Dolf en Eduard rond.

Gamreth vroeg naar de negatiefjes van de foto's. Die bleken nog in de donkere kamer te liggen. Gamreth weg na de niet al te heldere mededeling: wacht een minuut of vijf.

Na negen minuten kwam ze terug met twaalf vochtige afdrukken, stroken waarop naast elkaar vier koppen stonden, twee keer de ongewassen kerel Dolf, een keer terwijl hij langs het fototoestel heen naar Eduard keek, een keer met een verschrikte kop recht in de lens blikkend, en twee koppen van Eduard, de eerste kwaad en verschrikt, de tweede met een glimlach waar je brood mee kon snijden, oftewel stukjes van foto zes, zeven, acht en negen.

"Nu kun je tenminste hier en daar een foto achterlaten", legde Gamreth uit, "dan hoef je niet te wachten tot iedereen er is, voor je vertelt wat er gebeurd is en wie dat gedaan hebben ... Des te sneller kun je zelf ook achter dat randvolk áán gaan, ik neem tenminste aan dat je dat van plan bent" .