bittere dip

"uiterste besten leveren groei zonder afvalresten" en "alles staat of valt met de struktuur van de bedrijfskultuur" - het zijn niet zomaar de twee pijlers waarop ons bedrijf drijft ... bij de inwijding van dit markante gebouw herkennen we onze voorgeschiedenis en de toekomst die zich hier moeiteloos gaat ontplooien ... wij toosten straks op de spoedig te verwachten inname van onze positie aan de top van het lichtend voorbeeld, in de wetenschap dat wij, zoals we hier ver­zameld zijn, dat eigenhandig bewerkstelligd zullen hebben, zonder enige hulp van anderen, want tegen forse betaling helder omschreven diensten leveren kun je nauwelijks hulp noemen ...

* (uit de door mevr. dir. h.h. hendrikse vanwege gevalletje niet uitgesproken rede van heden)

het nieuwe bedrijfsgebouw, met zijn uiterst efficiënte indeling in uitwaaierende fleksplekken en her-en-der verschijnende kleine klusters van hoekloze kantoortjes voor de uitzonderlijk nuttige geldrondschuivers, had een makke (nou ja, wel meer, maar deze viel meteen op): er was geen kantine voorzien, alleen een grote besprekings­ruimte met harmonikawanden, waar nochtans geen geluid uitkwam ... aangezien het bedrijf zich voor liet staan op zijn permanente overlegstruktuur (door maar wat veel van de afgunstige konkurrenten nogal spottend 'eindeloze vergaderkultuur' ge­noemd), was deze ruimte voorzien van een keuken­afdeling, waar menig vijfsterren-frietkot jaloers op kon zijn (hadden ze van het bestaan geweten), met de klok rond beschikbaar personeel, waaronder grote namen ...

er was kortom (om de gekonstateerde makke maar even duidelijk van handen en voeten te voorzien) geen rekening gehouden met pauzerende werkmieren - die hadden daar immers geen tijd voor, moesten produktie maken en middels verkopen geld binnenhalen ... voor dat binnengeharkte geld zocht een eerder al genoemde kantoorkaste dan verder wel onvermoeibaar bestemmingen, die niet zelden (in afwachting van een konkrete uitzetmogelijkheid) in de lades van hun eigen vaste buro's ondergebracht waren ...

welnu, enkele malen 's jaars werd er in de harmonika-ruimte (bij een toevallig ontbreken van besprekingen) iets gezelligs voor het werkvolk georganiseerd, gedurende enkele uren, waarbij personeelsleden bij toerbeurt hun werkplekken mochten verlaten, want het bedrijf moest wel door blijven lopen, het was immers geen tro­pische vriendenvereniging ... nú echter kan er niet zo'n aktiviteit plaatsvinden, gelukkig (de vervuiling die daar­bij namelijk stelselmatig plaatsvindt en die daarna efficiënt, maar vooral snél, weggewerkt moet worden, is enorm), want het kader van het kader heeft de ruimte nodig ... zoals gebruikelijk tijdens zo'n bijeenkomst is er geen vastgelegde lijst met te behandelen agendapunten, want iedereen is vanzelfsprekend op de hoogte ...

op het moment dat de direkteur, mevrouw hendrikse, haar rokken opschudde teneinde zich voor haar openings­rede naar het spreekgestoelte te verplaatsen, opende de man van bos-en-buiten (volledig voorbijgaand aan zijn positie) de vergadering, op de van hem bekende ongepaste, maar zo vaak uiterst treffende wijze, met de sim­pele woorden: "is het beleid, of is erover nagedacht?" en schonk zich nog een kopje eikeltjeskoffie in uit eigen termoskan ... je zou haast denken dat de man met vervroegd pensioen het bos in gestuurd wilde worden ...

een ijzingwekkende stilte daalde neer over de in het vergaderlokaal verzamelde managers (in vier hele en twee tussenlagen) - karlo brut die zojuist monter door de dubbele openslaande porte-brizee deuren (met oud-duits vakwerk in glas en silikonenkit) stapte met een karretje knapperig gebakken bitterballen, verstapte zich op dat geluid, bijna onmerkbaar voor wie niet goed oplette, maar het karretje was nieuw en wilde positief opvallen in deze werkonlustige tijden, en begon ogenblikkelijk met de verdeling van de bovenste bebalde dienbladen ...

karlo brut nu (moet u weten) was de echtgenoot van mevrouw de uitvoerend direkteur (en met dit voor­beeld wordt jou vast duidelijk dat er werkelijk voor iedereen in de organisatie, dus ook voor hem, wordt gepoogd passende arbeid te vinden of kreëren, hij voelde zich dan ook de koning te rijk achter zijn on­gemotoriseerd wagenpark, maar dit terzijde) ... terug naar de draad van het verhaal:

de ballenkar was zojuist geheel zelfstandig begonnen met uitserveren van de eerste heetgebakerde ballen ...
uit het verzamelde publiek steeg gejuich op, al waren de klanken niet geheel passend, wat aan de schrille kant ...

de diep-uitgesneden robe van de baas van 't spul, hare hekserige houten koppensnelster (maar o, zo'n verboden lust voor het oog), werd centraal en frontaal getroffen door een warme bal, waarvan de chili-salpetersaus in dampwolken opsteeg (kokkie kon tevreden zijn, het vet was op temperatuur) en de nu zowat vierde ex-genoot, karlo karremans, wierp zich op zijn heetkretende geliefde, in de hoop nog iets te redden van wat dan ook als dat mogelijk was - hij kreeg de bal te pakken voor die in een dieper en nauwer deel van het blauwe fluweel gerold was, maar in de vaart waarin manlief zich ter redding aanbood van zijn nog-genote was de fijne motoriek van zijn knijpende hand net iets té ...

voor de robe maakte het toen al niets meer uit, die wist zich bedorven en was heel ontaktisch over de noord-zuid-naad open gaan staan, weinig weliswaar, maar wat een affront voor de kleermakerster ... want is het niet net in zulke gevallen dat men zich dient te kunnen verlaten óp het stiksel, in plaats van zich er verlaten dóór te weten ... de kamera's waren er natuurlijk altijd, nu vielen ze ineens erg nadrukkelijk op, terwijl ze over haar heenvielen (helaas was de ballenman hen voor, aan pikante beelden viel er weinig meer te schieten, hij dekte haar bijna volledig af - en misschien daarmee ook zijn nakende scheiding) ...

maar gezellig werd het, geheel tegen de wensen van het beleid in ...
de roddel- en hotemetotenpers deed het denkwerk wel, zoals gebruikelijk ...