binnenin rommelt het al op een reuze manier, een lachkramp is onderweg, maar je probeert je in te houden, langzaam vertonen je mondhoeken haarscheurtjes, je ogen glimmen alle kanten op, wangen bollend, korte raspgeluidjes ontsnappen door de neus, en dan uiteindelijk, tegen je zin (mogelijk), maar ontegenhoudbaar, spat je mond wagenwijd open en bulderkaatst je lach door de ruimte, alle aandacht naar zich toetrekkend, en degene die het verschijnsel veroorzaakte krimpt roodwordend ineen, of gaat zo mogelijk nog heftiger met de tanden bloot, ha, ha, ha, ha, tot de lucht op is en alsnog roodhoofdigheid optreedt;
kan onbedaarlijke hinder opleveren (zie ook: bek 1,1);